Apparaatbeheer is een handige beheertool voor het Windows-besturingssysteem. Hiermee kunt u informatie krijgen over geïnstalleerde software, stuurprogramma's bijwerken en wijzigingen aanbrengen in hardware-instellingen.
Noodzakelijk
Windows Vista-besturingssysteem
instructies:
Stap 1
Ga naar het menu "Start" en selecteer "Configuratiescherm".
Stap 2
Klik op de knop Hardware en geluiden in het contextmenu.
Stap 3
Gebruik de knop "Apparaatbeheer". Als de gebruiker ingebouwde beheerdersrechten heeft, wordt het programmavenster geopend. Als de gebruiker tot de werkgroep "Beheerders" behoort, klikt u op de knop "Doorgaan" in het geopende venster "Gebruikersaccountbeheer". Als de gebruiker geen beheerdersrechten heeft, wordt een waarschuwingsvenster geopend over de onmogelijkheid om wijzigingen aan te brengen. Klik op de knop OK om Apparaatbeheer te openen in de weergavemodus.
Een andere manier om Apparaatbeheer te openen, is door de opdrachtregel te gebruiken.
Stap 4
Klik op de knop Start en typ mmc devmgmt.msc in de zoekbalk. Houd er rekening mee dat beperkingen op rechten geldig zijn in alle opties voor het starten van het hulpprogramma Apparaatbeheer.
Een van de gemakkelijkste manieren om Apparaatbeheer te openen, is door de Windows GUI te gebruiken.
Stap 5
Ga naar het Startmenu. Gebruik de optie "Beheren" in het servicemenu "Deze computer" dat wordt opgeroepen door met de rechtermuisknop op het veld "Deze computer" te klikken.
Stap 6
Selecteer "Apparaatbeheer".
Apparaatbeheer, dat deel uitmaakt van een administratief hulpmiddel, stelt u in staat de lancering ervan te regelen vanuit het venster Computerbeheer.
Stap 7
Klik op de knop Start en typ mmc compmgmt.msc in de zoekbalk. Met deze actie wordt het venster Computerbeheer geopend.
Stap 8
Selecteer "Apparaatbeheer".
Een extra optie is de mogelijkheid om Apparaatbeheer te starten vanaf een externe computer.
Stap 9
Klik op de knop "Start" en gebruik de optie "Control" in het servicemenu van "My Computer", aangeroepen door met de rechtermuisknop op het veld "My Computer" te klikken.
Stap 10
Selecteer de regel "Verbinden met een andere computer" in het servicemenu "Actie".
Stap 11
Klik op de knop "Bladeren" (indien nodig - "Geavanceerd") in het venster "Selecteer een andere computer" dat wordt geopend om het gewenste apparaat te zoeken. Bevestig uw keuze met de OK-knop. Het is mogelijk om de computernaam in de tekstregel in te voeren.
Als de verbinding tot stand is gebracht, wordt de naam van het aangesloten apparaat tussen haakjes weergegeven naast het pictogram Computerbeheer.