De procedure voor het verwijderen van het kenmerk alleen-lezen is een standaardbewerking van het Microsoft Windows-besturingssysteem en kan worden uitgevoerd zonder tussenkomst van aanvullende software door een gebruiker die beheerderstoegang heeft tot computerbronnen.
instructies:
Stap 1
Roep het hoofdmenu van het Microsoft Windows-besturingssysteem op door op de knop "Start" te klikken en ga naar het item "Alle programma's" om de procedure te starten voor het verwijderen van het kenmerk "Alleen-lezen" uit het geselecteerde bestand in de map.
Stap 2
Vouw het knooppunt Accessoires uit en start Windows Verkenner.
Stap 3
Roep het contextmenu van de te bewerken bestandsparameters op door met de rechtermuisknop te klikken en selecteer het item "Eigenschappen".
Stap 4
Klik op het tabblad Algemeen van het dialoogvenster Eigenschappen dat wordt geopend en schakel het selectievakje Alleen-lezen uit.
Stap 5
Bevestig de toepassing van de geselecteerde wijzigingen door op OK te klikken en keer terug naar het hoofdmenu Start om een alternatieve procedure uit te voeren voor het verwijderen van het kenmerk Alleen-lezen uit het vereiste bestand in de geselecteerde map.
Stap 6
Ga naar Uitvoeren en voer regedit in het veld Openen in om de Register-editor te starten.
Stap 7
Klik op OK om de uitvoering van de startopdracht te bevestigen en open de registersleutel HKEY_LOCAL_MACHINESoftwareMicrosoftWindowsCurrentVersionExplorer.
Stap 8
Vouw het menu Bewerken op de bovenste werkbalk van het toepassingsvenster uit en selecteer Nieuw.
Stap 9
Gebruik de optie DWORD-parameter en geef UseSystemForSystemFolders op als de naam van de geselecteerde parameter.
Stap 10
Roep het contextmenu van de gemaakte parameter op door met de rechtermuisknop te klikken en selecteer het item "Wijzigen".
Stap 11
Druk op de OK-knop om de toepassing van de geselecteerde wijzigingen te bevestigen en terug te keren naar het hoofdmenu "Start" om de wijzigingen aan de parameters van het gewenste bestand te voltooien.
Stap 12
Ga naar Uitvoeren en typ cmd in het vak Openen om de opdrachtprompttool te starten.
Stap 13
Klik op OK om de opdracht run te bevestigen en voer attrib /? in het tekstvak voor de syntaxis van de vereiste opdracht.
Stap 14
Druk op de softkey met het label Enter om de uitvoering van de opdracht te bevestigen en geef de vereiste acties op.