Er zijn situaties waarin meerdere printers op de computer zijn aangesloten. Of een van de printers kan op deze computer worden benaderd via het lokale netwerk. Natuurlijk kunt u elke keer op "Bestand-afdrukken" drukken en de gewenste printer uit de lijst kiezen. Maar dit dwingt je tot het uitvoeren van een aantal onnodige handelingen. Bovendien vermoeit deze vervelende operatie de gebruikers vaak. De beste oplossing voor dit probleem is om te weten hoe u de standaardprinter instelt.
Het is nodig
Windows-computer (XP, Vista, Windows 7), printer
instructies:
Stap 1
Om de standaardprinter in te stellen, klikt u op "Start" of de Windows-knop in Vista en Windows 7. Selecteer vervolgens "Instellingen" en "Configuratiescherm". In Windows Vista en Windows 7 kunt u rechtstreeks Configuratiescherm selecteren.
Stap 2
Zoek vervolgens in het "Configuratiescherm" het gedeelte "Printers en faxapparaten". Selecteer in Windows 7 onder Hardware en geluiden de optie Apparaten en printers weergeven. Als Windows 7 is ingesteld op de modus Kleine pictogrammen, gaat u naar Apparaten en printers. Dubbelklik nu op de gewenste printer, ga vervolgens naar het menu "Printer" en vink het selectievakje "Als standaard gebruiken" aan.
Stap 3
Als u denkt dat u de standaardprinter regelmatig moet wijzigen, kunt u voor het gemak de map "Printers en faxapparaten" naar uw bureaublad of taakbalk verplaatsen voor snelle toegang. Klik hiervoor met de rechtermuisknop op deze map in het "Configuratiescherm" en klik vervolgens op "Snelkoppeling maken".
Stap 4
Als u constant slechts één printer gebruikt en alle andere zijn niet nodig, dan zou een andere oplossing voor het probleem zijn om die printers te verwijderen. Klik hiervoor met de rechtermuisknop op de printer die u wilt verwijderen en klik op "Verwijderen" en vervolgens op OK.
Stap 5
Soms verwijdert deze methode de printer niet onmiddellijk. Controleer in dit geval of er een afdruktaak naar is verzonden. U kunt deze taken eenvoudig bekijken door op het printerpictogram te klikken. Als dit het geval is, wacht u tot het afdrukken is voltooid en herhaalt u de verwijderingsprocedure. U kunt de printer ook aan-/uitzetten en alle afdruktaken verwijderen (ze kunnen vastlopen). Meestal kan de printer daarna nog steeds worden verwijderd.