Videohardwareversnelling is geen voorwaarde voor een hoogwaardige weergave van de gebruikte videobestanden. Voorwaarde voor het normaal functioneren van dit object is de aanwezigheid van een Microsoft DirectX driver en een videogeheugen van minimaal 128 MB. Problemen met de beeldkwaliteit kunnen vaak worden opgelost door hardwareversnelling uit te schakelen en over te schakelen naar softwareversnelling.
instructies:
Stap 1
Roep het contextmenu van de video die wordt bekeken op door met de rechtermuisknop op het midden van het venster te klikken en het item "Instellingen" te selecteren.
Stap 2
Ga naar het tabblad "Opties" van het dialoogvenster dat wordt geopend en schakel het selectievakje "Hardwareversnelling inschakelen" uit.
Stap 3
Vernieuw de pagina om de geselecteerde wijzigingen toe te passen en roep het hoofdmenu van het Microsoft Windows Vista-besturingssysteem op om de bewerking uit te voeren om de hardwareversnelling van de video die wordt afgespeeld uit te schakelen.
Stap 4
Ga naar het Configuratiescherm en vouw de link Vormgeving en personalisatie uit.
Stap 5
Selecteer het gedeelte Personalisatie en vouw het knooppunt Beeldschermaanpassing uit.
Stap 6
Gebruik de optie "Geavanceerd" en ga naar het tabblad "Diagnose" van het dialoogvenster dat wordt geopend.
Stap 7
Klik op de knop Instellingen wijzigen en sleep de schuifregelaar naar Geen om hardwareversnelling te verlagen of uit te schakelen (voor Microsoft Windows Vista).
Stap 8
Roep het hoofdmenu van het besturingssysteem Microsoft Windows XP op om een alternatieve procedure uit te voeren voor het uitschakelen van hardware-videoversnelling en voer de waarde desk.cpl in het tekstveld van de zoekbalk in.
Stap 9
Bevestig de uitvoering van de opdracht door op de functietoets Enter te drukken en ga naar het tabblad "Parameters" van het dialoogvenster dat wordt geopend.
Stap 10
Gebruik de optie Geavanceerd en ga naar het tabblad Problemen oplossen van het nieuwe dialoogvenster.
Stap 11
Sleep de dia naar de positie "Nee" en bevestig de uitvoering van de opdracht om hardwareversnelling uit te schakelen door op OK te klikken.
Stap 12
Bevestig de toepassing van de geselecteerde wijzigingen opnieuw door op de knop OK te klikken (voor Microsoft Windows XP).
Stap 13
Roep het hoofdmenu van het Microsoft Windows Vista-besturingssysteem op door op de knop "Start" te klikken om een alternatieve bewerking uit te voeren om de hardwareversnellingsfunctie uit te schakelen en voer de waarde desk.cpl in het tekstvak van de zoekbalk in.
Stap 14
Bevestig de uitvoering van de opdracht door op de functietoets Enter te drukken en specificeer het element desk.cpl in de geopende map "Programma's".
Stap 15
Bevestig uw bevoegdheid door het beheerderswachtwoord in te voeren in het systeemverzoekvenster dat wordt geopend en sleep de schuifregelaar in de regel "Hardwareversnelling" naar de positie "Nee" (voor Microsoft Windows Vista).