Om programma's te starten die uitsluitend onder MSDOS-compatibele besturingssystemen draaien, kunt u DOSBox gebruiken, een virtuele machine die een uitvoeringsomgeving van dit type emuleert.
Noodzakelijk
- - toegang tot internet;
- - browser;
- - de mogelijkheid om applicaties op uw computer te installeren.
instructies:
Stap 1
Download de nieuwste DOSBox van de ontwikkelaarssite. Open dosbox.com in uw browser. Klik op de link Downloads in het bovenste menu. Selecteer op de pagina die verschijnt de distributiekit van uw voorkeur en volg de bijbehorende link. Binnen enkele seconden begint het downloaden van het installatiebestand. Bewaar het op de harde schijf van uw computer.
Stap 2
Installeer de DOSBox-toepassing op uw lokale computer. Voer de installatiemodule uit. Volg de instructies van de installatiewizard.
Stap 3
Bekijk de documentatie voor de belangrijkste features en functionaliteit van DOSBox. Open het README-bestand in de geïnstalleerde programmadirectory in een teksteditor of viewer. Bekijk de inhoud van het bestand.
Stap 4
Bereid een map voor met DOS-programma's die in emulatiemodus onder DOSBox-besturing zullen draaien. Maak een aparte map op het lokale computerstation. Kopieer de uitvoerbare modules van DOS-programma's en alles wat nodig is voor hun werking (configuratiebestanden, bibliotheken, etc.) erin.
Stap 5
Start DOSBox. Gebruik de snelkoppeling die op het bureaublad of in het menu "Start" is geïnstalleerd, of voer de uitvoerbare toepassingsmodule uit die zich in de installatiemap bevindt.
Stap 6
Koppel de DOS-programmadirectory die in stap vier is gemaakt als het opslagapparaat in DOSBox. Voer in de console een commando in zoals dit:
monteren
en druk op Enter.
De parameter moet de symbolische identifier zijn van het virtuele opslagapparaat dat in de DOSBox-besturingsomgeving wordt gemaakt. De parameter moet het juiste pad zijn naar de map die in de vierde stap is gemaakt. Extra parameters kunnen worden weggelaten. Indien gespecificeerd, moeten dit echter de juiste mount-opties zijn die worden vermeld in de referentie voor de mount-opdracht in het gedeelte Interne programma's van de documentatie.
Stap 7
Ga naar de hoofdmap van het aangekoppelde apparaat. Voer de symbolische schijf-ID in gevolgd door een dubbele punt op de opdrachtregel. Druk op Enter.
Stap 8
Ga naar de vereiste submap van de huidige schijf. Voer dir in de console in. Druk op Enter. De inhoud van de huidige directory wordt weergegeven. Voer indien nodig een opdracht van het formulier in:
CD
en druk op Enter.
Geef als parameter de naam op van de directory waar u naartoe wilt. Ga op dezelfde manier te werk en verander de map naar de gewenste map.
Stap 9
Start een DOS-toepassing. Voer op de opdrachtregel in de huidige map de naam van de uitvoerbare module van het programma in. Druk op Enter.