Als u internettoegang voor een lokaal netwerk moet configureren, gebruik dan een van de computers als server. Uiteraard moet deze pc verbonden zijn met internet en deel uitmaken van het gewenste lokale netwerk.
Het is nodig
netwerkhub
instructies:
Stap 1
Bepaal eerst welke computer als netwerkrouter zal fungeren. Onthoud dat dit een computer moet zijn die krachtig genoeg is. Anders bestaat het risico van een aanzienlijke afname van de internettoegangssnelheid van netwerkcomputers. Sluit een andere netwerkadapter aan op de geselecteerde computer.
Stap 2
Sluit het aangesloten apparaat aan op de netwerkhub die uw lokale netwerk vormt. Sluit een internettoegangskabel aan op een vrije netwerkkaart. Maak een verbinding met de server van de provider. Controleer of het werkt. Open nu de eigenschappen van deze verbinding. Selecteer het tabblad "Toegang". Vink het vakje aan naast de optie die deze verbinding beschikbaar maakt voor andere netwerkgebruikers.
Stap 3
Sla de instellingen voor deze verbinding op. Open nu de TCP/IP Internet Protocol-instellingen van de andere NIC die op de hub is aangesloten. Voer een statisch adres in, waarvan de waarde 109.101.101.1 is. Laat de rest van de items ongewijzigd. Hiermee is de installatie van de eerste computer voltooid.
Stap 4
Configureer nu de rest van de netwerkcomputers. De parameters van hun netwerkadapters zullen op slechts één punt verschillen. Open TCP / IP-instellingen en vul de volgende velden in:
-IP- adres - 109.101.101. X
- Subnetmasker - 255.0.0.0
- De hoofdgateway - 109.101.101.1
- Voorkeur DNS-server 109.101.101.1.
X mag natuurlijk niet gelijk zijn aan één. Onthoud dat de hoofdcomputer moet zijn ingeschakeld om de rest van de netwerk-pc's toegang tot internet te geven.
Stap 5
Als de netwerk-pc's nog steeds geen internettoegang hebben, voer dan in het veld "Alternatieve DNS-server" het IP-adres in van de server waarop de hoofd-pc is aangesloten. Om dit te doen, voert u in het menu Uitvoeren de opdracht cmd in en typt u in het menu dat wordt geopend ipconfig / all. Zoek het DNS-serveradres en noteer het.