Bij het maken van afbeeldingen in Adobe Photoshop is het vaak nodig om een laag of een deel van een laag te vullen met een of ander patroon. Dit kan worden gedaan met behulp van de Paint Bucket Tool (Fill). Vouw op de eigenschappenbalk van deze tool de lijst naast het pictogram uit en selecteer Patroon. Daarna wordt het mogelijk om een patroon voor het vullen te selecteren uit de volgende vervolgkeuzelijst. Het programma biedt verschillende kant-en-klare patronen, maar u kunt naar eigen wens een nieuw patroon maken.
Noodzakelijk
Adobe Photoshop
instructies:
Stap 1
Open een afbeelding. Selecteer met de Rechthoekig selectiekader het deel van de afbeelding dat u mooi vindt. Selecteer in het hoofdmenu het item Bewerken en de optie Patroon definiëren. Geef in het venster dat verschijnt een naam aan je patroon en bevestig met OK.
Stap 2
Dit patroon staat nu onderaan de lijst met sjablonen. Deselecteer de selectie met Ctrl + D. Maak een nieuwe laag. Selecteer het gereedschap Emmertje. Vouw op de eigenschappenbalk de lijst naast het pictogram uit en selecteer de methode Patroonvulling. Vouw in het volgende venster de lijst opnieuw uit en zoek een nieuw patroon. Klik met de linkermuisknop ergens op het scherm.
Stap 3
Zo'n vulling ziet er niet altijd esthetisch uit. Om de grenzen tussen rechthoeken glad te strijken, moet u het gereedschap Vervagen (Vervagen), het filter Uitvloeien (Flow) en vele andere functies van Photoshop gebruiken.
Als u de hele afbeelding voor het patroon hebt geselecteerd, wordt de vulling als één patroon weergegeven.
Stap 4
U kunt een van de Photoshop-filters gebruiken om het patroon te maken. Selecteer Filter en patroonmaker in het hoofdmenu. Er wordt een dialoogvenster geopend waarin u de filterparameters kunt configureren.
Stap 5
Selecteer het deel van de afbeelding waarvan u een patroon wilt maken en klik op de knop Genereer. U ziet direct het resultaat. Als je het leuk vindt, klik je op de Save Preset Patterns floppydisk-knop links van het History-venster en voer je een naam in voor het patroon in het vak Pattern Name.
Stap 6
De knop Genereer is nu Generate Again geworden. Klik erop en het programma genereert een nieuw patroon. De lijst kan niet meer dan 20 texturen bevatten. Verwijder niet-geslaagde opties door op de prullenbakknop rechts van het venster Geschiedenis te klikken.
Stap 7
U kunt de filterinstellingen Breedte, Hoogte, Verschuiving, Gladheid en Voorbeelddetail wijzigen. Hoe hoger de waarde van de parameter, hoe langer het duurt om de afbeelding te genereren. Klik op de knop Afbeeldingsgrootte gebruiken om één grote afbeelding te krijgen die de hele afbeelding vult.