De procedure voor het inschakelen van hardwareondersteuning voor virtualisatie kan in twee fasen worden verdeeld: het bepalen van de mogelijkheid van ondersteuning door de lokale computer en het daadwerkelijk inschakelen. Een onmisbare voorwaarde in elke fase is de beschikbaarheid van beheerderstoegang tot computerbronnen.
instructies:
Stap 1
Download en installeer de Hardware Virtualization Support Detection Tool (havdetectiontool.exe) op uw computer van Microsoft.
Stap 2
Voer het gedownloade hulpprogramma uit met een dubbele muisklik en volg de aanbevelingen van de wizard.
Stap 3
Schakel ondersteuning voor hardwarevirtualisatie in, afhankelijk van uw computermodel.
Stap 4
Gebruik de functietoets F12 wanneer u de computer aanzet en het opstartmenu weergeeft (voor Dell computers).
Stap 5
Selecteer BIOS Setup en bevestig de opdracht door op Enter te drukken (voor Dell computers).
Stap 6
Vouw het knooppunt Virtualization Support uit door op het +-teken te klikken en Virtualization (voor Dell computers) te selecteren.
Stap 7
Schakel het selectievakje naast Intel Virtualization Technology inschakelen in en bevestig de opdracht door op Toepassen te klikken (voor Dell computers).
Stap 8
Sluit het programma af door op de knop Afsluiten te drukken, zet de computer uit en weer aan om de geselecteerde wijzigingen toe te passen (voor Dell-computers).
Stap 9
Druk na het aanzetten van de computer op de Esc-functietoets en ga naar de BIOS-setup door op F10 te drukken (voor HP-computers).
Stap 10
Gebruik de pijltoetsen om Systeemconfiguratie te selecteren en wijs naar Virtualisatietechnologie (voor HP computers).
Stap 11
Druk op Enter om uw keuze te bevestigen en selecteer Ingeschakeld (voor HP computers).
Stap 12
Bevestig de geselecteerde wijzigingen door op Enter te drukken en verlaat het ondersteuningsproces voor inschakelen door op F10 te drukken (voor HP computers).
Stap 13
Selecteer Ja en druk op Enter (voor HP computers).
Stap 14
Schakel de computer uit en vervolgens weer in (voor HP computers).