Bij het installeren van een extra videokaart in plaats van een geïntegreerd apparaat, wordt het noodzakelijk om de geïntegreerde videoadapter uit te schakelen. In de meeste gevallen is een BIOS-setup vereist, wat kan worden gedaan zonder dat een specialist nodig is.
instructies:
Stap 1
Nadat de installatie van de nieuwe videokaart in de juiste sleuf op het moederbord is voltooid, zet u de computer aan. Het is mogelijk dat het nieuwe apparaat automatisch wordt geactiveerd en dat de ingebouwde adapter is uitgeschakeld. Ga naar het Configuratiescherm van Windows om te controleren welke videokaart actief is. De momenteel actieve videokaart wordt weergegeven in het gedeelte Beeldschermadapters van het dialoogvenster Apparaatbeheer.
Stap 2
Als na installatie van het apparaat de geïntegreerde videoadapter niet automatisch werd uitgeschakeld, start u de computer opnieuw op en houdt u na het inschakelen de Delete-toets (Del) ingedrukt om het BIOS-menu te openen. Op sommige computers krijgt u toegang tot de bediening van het basisbesturingssysteem nadat u op een van de functietoetsen (F2-F10) hebt gedrukt. De vereiste sleutel kan worden bepaald door de selectiemethode, of u kunt deze informatie verduidelijken in de instructiehandleiding van het moederbord, en als u een draagbaar apparaat heeft, in de instructies ervoor.
Stap 3
Zoek in het BIOS het gedeelte Integrated (of Onboard) Video onder het menu Integrated Peripherals. Schakel het apparaat uit door Uit te selecteren in plaats van Aan of Uitgeschakeld in plaats van Ingeschakeld. Verlaat het BIOS door op de F10-toets (Opslaan en afsluiten) te drukken. Nadat Windows is opgestart, opent u Apparaatbeheer en controleert u de wijzigingen die zijn aangebracht in de instellingen voor de videoadapters.