De definitie van de poort waarop de printer is aangesloten, kan worden uitgevoerd door de gebruiker van een computer met Windows OS met behulp van standaardtools van het systeem zelf en impliceert niet het gebruik van aanvullende software.
instructies:
Stap 1
De overgrote meerderheid van de nieuwste generaties printers gebruikt de LPT-poort voor verbinding. USB-printers zijn bijna altijd Plug & Play, wat betekent dat Windows-printers automatisch worden geconfigureerd. De standaardpoort is LPT1, maar met het hulpprogramma Apparaatbeheer kan de gebruiker deze instelling configureren.
Stap 2
Roep het hoofdsysteemmenu op door op de knop "Start" te klikken en ga naar het item "Printers en faxapparaten". Zoek het pictogram van de printer die u gebruikt en open het contextmenu door met de rechtermuisknop te klikken. Geef het item "Eigenschappen" op en ga naar het tabblad "Poorten" van het dialoogvenster dat wordt geopend. Bepaal de poort die door de printer wordt gebruikt.
Stap 3
Wanneer u een nieuwe printer installeert op een computer met Windows XP, keert u terug naar het hoofdmenu Start en gaat u naar Configuratiescherm. Vouw de link "Printers en andere apparaten" uit en vouw het knooppunt "Printers en faxapparaten" uit. Geef de opdracht "Printer toevoegen" op in het linkerdeelvenster van het dialoogvenster dat wordt geopend door te dubbelklikken en sla het eerste wizardvenster over door op de knop "Volgende" te klikken.
Stap 4
Schakel het selectievakje in de regel "Lokale printer" in het tweede venster van de wizard in en wacht tot de printer automatisch wordt gedetecteerd. Als de wizard de printerverbindingsmodule niet kan vinden, klikt u op de knop "Volgende" in het overeenkomstige dialoogvenster van de wizard en selecteert u de optie "LPT1: (aanbevolen printerpoort)" in het vervolgkeuzemenu van de "Gebruik poort" lijn. Bevestig het opslaan van de aangebrachte wijzigingen door op de knop "Volgende" te klikken en volg de verdere aanbevelingen van de installatiewizard.
Stap 5
Houd er rekening mee dat printers die andere poorten dan COM, LPT of USB gebruiken, alleen op het netwerk kunnen worden omgeleid als Windows Server 2003 op de lokale computer is geïnstalleerd. Het wijzigen van deze situatie is alleen mogelijk als er wijzigingen worden aangebracht in de systeemregistervermeldingen.